Wat u mij nu vraagt heeft te maken met het afgescheiden denken, heeft te maken met de dualiteit in uw leven, heeft te maken met afgescheidenheid van zelfs dat wat als liefde wordt ervaren. Wanneer u zegt, ik durf nu wat meer te voelen van de collectieve liefde, dan is dit iets wat in uzelf heel diep erkend wordt, maar het is er altijd al geweest.
U heeft altijd kennelijk in uw leven heel veel innerlijke strijd geleverd om te kunnen ontvangen dat wat voor u ook altijd beschikbaar is geweest. Er is altijd een uitreiken geweest naar de wereld om u heen, maar er is daardoor ook altijd de moeite geweest om ook datgene toe te laten wat ook voor u beschikbaar is geweest en daarin is de eenzijdigheid ontstaan.
Als u mij vraagt, ik voel mij nu zo kwetsbaar en hoe kan ik mij beschermen tegen negativiteit, verwijs ik maar naar één ding en ik verwijs hierin alleen maar naar uzelf.
Kwetsbaarheid is juist in de raakbaarheid van het leven, in de beweging en in de uitwisseling van het leven te durven staan. Bescherming tegen negativiteit is iets wat in een afgescheiden denken zit. Ik heb u meerdere malen deze week aangegeven hoe het is om uw eigen duister te willen zien, om aanwezig te durven zijn in uw eigen duistere gebieden in uw eigen onderbewustzijn. Want wanneer u daar aanwezig durft te zijn, durft u ook veel beter te zien wat er op deze wereld beweegt, zult u niet meer vanuit angst naar duisternis op deze wereld kijken, wat u benoemt als negativiteit, maar zult u begrijpen dat het juist in het aanwezig durven zijn en het accepteren van al datgene wat de mens nog als “niet heilig” ervaart, dat daarin juist het breekpunt ligt.
U hoeft zich niet te beschermen tegen dat wat u niet wilt, u hoeft alleen maar bij uzelf te zijn, de kracht te zijn die u in basis bent, het licht te zijn wat u in basis bent, u hoeft alleen maar te gaan staan, van binnen naar buiten, uitreikend naar de wereld en de wereld ontmoetend.
Daarin ligt de wisseling, de uitwisseling van energie, daarin ligt de manifestatie van dat wat u bent. Mijn zegen.